Skip to main content

HISTORIE VAN
HET PAND

Gevestigd in het mooiste
deel van Coevorden

Het Garnizoenshuys is gevestigd in het mooiste deel van het aaneengesloten blok aan de Molenstraat in de historische binnenstad van Coevorden. Het hele gebouw van 87 meter lang en ruim 8 meter breed is een van de vijf kazernes, die in de vestingstad Coevorden waren gebouwd en evenwijdig stonden aan de vestingwal.

Tegenover het huidige Het Garnizoenshuys verrees het Frieseblok (genoemd naar de Friesepoort) met dezelfde afmetingen. Alle vijf blokken dateerden uit de tijd van de aanleg van de vesting omstreeks 1610.

Het Molenblok

Het Molenblok, genoemd naar de windmolen op het nabijgelegen bastion Stadt en Lande (Groningen), bestond oorspronkelijk uit 27 soldatenverblijven. De achterste drie vertrekken waren wat groter en bestemd voor de officieren en onderofficieren. Het voorste deel aan de Friesestraat was het veel grotere ‘kapiteinslogement’, bestemd voor de commandant, en telde maar liefst negen vertrekken. In 1765, zoals de gevelsteen vermeldt, vond een ingrijpende verbouwing plaats, waarbij o.a. een verdieping op het blok gebouwd werd. Hierdoor ontstonden 14 appartementen op de begane grond en 14 daarboven, elk voor 8 mannen, zodat voortaan 224 soldaten in het Molenblok konden worden gelegerd. Omdat er ook op elke zolder nog 6 man konden verblijven en het aantal per appartement zou kunnen wordenopgevoerd tot 10, konden er in ‘tijd des noods’ 364 man in ondergebracht worden.

Aldus luitenant-kolonel ingenieur Vonck, die het ontwerp vaststelde en de totale bouwkosten op 16.433 gulden (zonder ‘’t percent winst’ voor de aannemer en de ‘extraordinaire kosten’) raamde.

Kapiteinslogement

Tegenover het Molenblok, aan de andere kant van de Molenstraat, woonden drie kasteleins, terwijl in de onmiddellijke omgeving nog drie tappers en één ‘geneverbrander’ hun beroepuitoefenden. Aan klandizie ontbrak het ongetwijfeld niet. Na 1854, toen de laatste vestingcompagnie uit Coevorden vertrok, werd het Molenblok verbouwd tot woningencomplex.

Ook het kapiteinslogement kreeg een andere bestemming. Alle in woningen veranderde ‘baraques’ hadden (en hebben) als bijzonder kenmerk extra dikke tweeënhalfsteensmuren op de begane grond en op de eerste verdieping tweesteens. Heel veel bekende Coevorder gezinnen hebben hier achtereenvolgens gewoond of wonen er nu nog, zoals Kampman, Plas, Steenwijk, Van der Weide, Mik en Van der Ploeg. Twee woningen achter het kapiteinslogement werden verbouwd tot kapsalon, waarin het echtpaar Bennink-Santman jarenlang de scepter zwaaide tot de zaak in handen kwam van J. Doevelaar.

Verfraaid

Het kapiteinslogement werd omstreeks 1900 verfraaid met een trapgevelrand en Samuel van Coevorden begon er nadien een winkel met o.a. fruit, vis, snoep en chocolade. Om zijn waren aan het winkelend volk te tonen, liet hij een van de twee oorspronkelijke ramen vervangen door een grote etalageruit.

Samuel, in de wandeling Samie genoemd, dreef ook een ijssalon en een automatiek, terwijl hij ook vaak met een snoep- en ijskraam bij allerlei evenementen aanwezig was. Zijn zoon Max genoot als voetballer bij Germanicus grote bekendheid. Het gehele gezin werd in 1942 weggevoerd en door de Duitsers vermoord.

De heer Rijkersma, eigenaar van Hotel Van Wely kocht het pand en in 1943 werd Gerrit (‘Toet’) Kleis eigenaar. Hij had een rijwiel- en motorhandel, gecombineerd met een taxi- en autobusbedrijf. Later verplaatste hij zijn zaak, waaraan hij ook zijn bijnaam te danken had, naar de Krimweg.

Rijksmonument

Hij verhuurde het pand aan de Friesestraat vervolgens aan kleermaker Herman Hamberg, die als vakman van de oude stempel zijn werkdagen zittend op zijn werktafel doorbracht. Later verhuurde Kleis het pand aan een brouwerij, waarna het echtpaar Kwant-Brink in het voorste deel ervan café ‘t Geveltje begon. Toen Gerrit Kleis sr. in 1986 overleed, werd kapper Doevelaar eigenaar. Helga en Bart hebben het café in het pand dat inmiddels de status van rijksmonument bezit voortgezet tot in het voorjaar van 2020 het noodlot toesloeg en brand een gedeelte van het pand heeft verwoest.

De eiken zolderbalken 1765 hebben de brand doorstaan. Ook de entree is hetzelfde gebleven. Bij binnenkomst loopt de bezoeker omlaag Het Garnizoenshuys in. Al in n 1660 klaagde vaandrig Willem Hondebeeck over de hogere ligging van de straat.

Sinds het najaar van 2024 wordt de benedenverdieping van het pand uitgebaat door Riëtte Kruize die er een koffie- en theehuis genaamd Het Garnizoenshuys runt.